Fishing the Mexicoast – Deel 5

Gezellige chaos

Als Georges vlak voor het slapen gaan nog een keer het weerbericht bekijkt ziet hij slecht nieuws. Er is een tweede orkaan die roet in het eten gooit. De golven zullen dus niet gaan afnemen de komende dagen, maar juist nog hoger worden. Dit zet een definitieve streep door de kustvisserij.

Sterker nog, er blijft eigenlijk maar één visserij over en dat is zoeken op open zee, waar het water diep is en de deining lang. Een zes meter hoge golf van honderd meter lang is geen probleem, wordt die golf nabij ondiep water samengedrukt dan kun je er maar beter bij uit de buurt blijven.

We melden ons om half acht bij Playa Principal maar krijgen te horen dat instappen te gevaarlijk is. De golfrichting is iets veranderd en er komen regelmatig stevige rollers de baai in. Gelukkig biedt Puerto Angelito een goed alternatief onder deze omstandigheden. Fillo zal de boot omvaren terwijl wij met de auto richting de andere baai rijden.

Gezellige chaos

Gezellige chaos

En zo varen we een klein uurtje later dan gepland alsnog de zee op. Terwijl André en ik ons insmeren en de hengels optuigen, wordt er plots gevraagd of we al klaar zijn. Euh, ja hoezo? Nou kijk eens voor de boot… We stevenen af op een kolkende watermassa, met daarboven de witte brigade die een graantje meepikt van het vreetfestijn. Ik sta als eerste klaar, smijt mijn pilker in de school, draai twee slagen en ja hoor. Hangen! Eerste worp van de dag!

Geen enorme run, volgens mij heb ik dokter bibber aan de haak. Moet wel een tonijnachtige zijn dus! Terwijl mijn vis nog een keer aanzet mist André ook een vis. Daarna is de school alweer buiten werpbereik. Één, maximaal twee worpen heb je hier momenteel. Normaal is dat wel anders, als er echt grote scholen rovers onder de kust zitten. Afijn, mijn vis komt hevig stuiterend dichterbij en geheel  volgens verwachting blijkt het een tonijnsoort. Een black skipjack om precies te zijn, die had ik nog niet!

1 Worp, 1 vis: Black Skipjack Tuna

1 Worp, 1 vis: Black Skipjack Tuna

Na dit snelle succes varen we verder de zee op, vrijwel direct zien we meer duikende meeuwen. Dit keer blijken er echter geen jagende vissen onder te klappen, maar dolfijnen. En zei Georges een paar dagen terug nog ‘dit is nog niets’, bij het zien van een stuk of 25 dolfijnen, vandaag krijgt hij gelijk. Dit zijn er geen 25, dit zijn er eerder 200. We vergeten het vissen even en pakken de camera’s erbij. Dat fotograferen valt nog niet mee, want uiteraard springen ze achter je altijd het hoogst.

De sardines maken geen schijn van kans hier...

De sardines maken geen schijn van kans hier…

Van alle kanten loert gevaar

Van alle kanten loert gevaar

Na een klein half uurtje varen we verder. In de verte wacht de volgende school dolfijnen ons al op. Jezus stelt voor om het even op tonijn te proberen, speedtrollend met 20km/h. Hij heeft daarvoor ‘speciale’ tonijnhoutjes. Niets meer dan een houten buisje over een zware haak heen geschoven. Maakt een bellenspoor in het oppervlak en dat zou voldoende moeten zijn. Terwijl we kriskras door de groep dolfijnen heen trollen, vragen André en ik ons af of we nu op dolf- of tonijn aan het vissen zijn? Dolfijnen pakken nooit kunstaas. Echt nooit, is het duidelijke antwoord. Toch blijft het elke keer spannend als je dolfijnen de lijnen ziet kruisen, of vlak naast het kunstaas het water uit ziet springen. Toch krijgt Jezus gelijk, want we haken er inderdaad geen!

Wat een show deze morgen!

Wat een show deze morgen!

We vergeten even te vissen...

We vergeten even te vissen…

Dan roept Jezus ineens “Mahi mahi!”, ik draai me om en zie nog net een rugvin in het oppervlak. Zo snel als we kunnen wisselen we van kunstaas, maar voordat we een worp kunnen doen is deze grote rover weer gevlogen. We besluiten te gaan trollen en zo de stroomnaden af te zoeken. Georges vist vandaag ook weer mee en zodoende gaan er pluggen overboord. Wat zou er vandaag aan gaan hangen..?

Pez Vela!  Jezus wijst vlak naast de boot en dan ziet de rest het ook. De rugvin van de zeilvis steekt net boven water uit. We staan allemaal naar onze hengels te kijken als die van Georges plots krom knalt. De middelste nota bene! Er wordt veel lijn genomen en iedereen is er van overtuigd dat Georges het met de zeilvis aan de stok heeft. Maar dan, als de boot stilligt, gaat het toch wel erg langzaam allemaal. Terwijl ik druk aan het filmen ben hoor ik Jezus plots in schaterlachen uitbarsten. Tortuga! Ja hoor… Een zeeschildpad, in de staart gehaakt. Kom ook bijna niet uitblijven natuurlijk. Het wemelt er van hier. Het ongelukkige beest wordt naast de boot losgetikt en dan kunnen we weer verder.

Een half uur later varen we weer vlak langs een zeilvis, maar ook nu gebeurt er niets. Zaten we eergisteren in een uiterst agressieve school, de vissen vandaag reageren niet eens op ons kunstaas. Jezus voelt nog eens aan het water. Brrrrr, veel te koud…

Dolfijnen, ze vormen de rode draad van deze visdag. Ze zitten werkelijk overal. De ene groep nog groter dan de andere. Twee soorten, een grauwe, beetje gemarmerde soort en de mooie witbuiken. Allemaal acrobaten van de eerste orde en elke keer als we een grote groep naderen komen de camera’s weer tevoorschijn. Ik denk dat ik niet overdrijf als we samen vijfhonderd foto’s geschoten hebben. Het gros daarvan is het net, of helemaal niet, maar er zitten ook toppers tussen!

Spektakel!

Spektakel!

Als we op den duur een groep dolfijnen treffen die in een gebied van 200 bij 100 meter volop aan het jagen zijn stelt Jezus voor om er tussenin te gaan speedjiggen. Zoals gezegd jaagt tonijn vaak in de buurt van dolfijn en in het verleden kon je hier jezelf een gebroken rug sleuren aan de tonijnen. Die tijden zijn door overbevissing van buitenaf helaas voorbij, maar wie weet zijn er nog een paar over.

Hoe diep is het hier? Vraag ik aan Jezus. Oh niet zo diep, is het korte antwoord. We leggen de boot stil, gooien de 80 grams pilkers overboord en wachten… En wachten… En wachten…

…En wachten… Mijn spoel wordt dunner en dunner en als ik dit zo zie is mijn pilker nu net zo ver weg als die zeilvis gisteren. 200 Meter dus… Hmmm… Niet zo diep? En als ik nu een tonijn haak, met nog ca. 75m lijn op de spoel? Tonijnen gaan altijd naar de bodem, hoe ver zou dat nog zijn? Ik besluit het ‘op safe’ te spelen, draai mijn pilker vijftig meter omhoog en begin dan wat te jiggen. Tsja… Een pilker van 12cm, 100 meter water erboven en misschien wel honderden meters water eronder? Hoe groot is de kans dat..?

Met een enorm doffe knal wordt de pilker te grazen genomen. Vis, roep ik terwijl de vis de Kaibutsu krom trekt en mokkend door de slip begint te zwemmen. Tuna, roept Jezus maar daar gaat het niet hard genoeg voor naar mijn idee. Dan schiet de vis na een twintigtal meters los en sta ik verbouwereerd over het water te turen. Hoe bestaat het? Dit was een behoorlijke rover!

We vissen nog een klein uurtje door jiggend maar verder dan een schampschot voor mij komen we niet. Het voelt ook tamelijk kansloos met onze niet al te zware pilkers en bovendien drift de boot vrij hard op de inmiddels behoorlijke wind. Trollen dus maar weer en hopen dat we wat tegenkomen.

Na een uur trollen stelt Jezus voor dichter onder de kust te kijken en van daar terug te slepen. Dat lijkt een prima plan want dichter bij de kust zien we opeens weer jagende vis. Als we in de buurt komen wordt mijn Halco gegrepen en giert de lijn van de molen. Dit ziet er weer heel goed uit en ik pak de hengel uit de steun… Los… Gloeiende!!! Weer een grote vis die lost!

We varen door en beginnen tussen de jagende vissen te gooien. Veel klein spul maar af en toe ook grove vissen. Voornamelijk Mahi Mahi volgens Jezus en die wil ik graag nog eens vangen. Het is echter André die twee maal toe slaat. Eerst een crocodile needlefish en vervolgens is het een jonge mahi mahi die zijn waxwing te grazen neemt. Geen reus, maar wat een prachtige kleuren hebben die beesten toch, totdat je ze uit het water pakt althans…

Mahi Mahi

Mahi Mahi

In de boot gaat de vis compleet door het lint en het is dan ook vrijwel onmogelijk om een goede foto te maken. We zetten de vis snel terug en gooien verder. Het jagen houdt op en dus gaan we weer over op trollen.

Onderweg naar Puerto Escondido maken we regelmatig stops bij jagende vissen. Het zijn echter allemaal kleine schooltjes en vangen is er dan ook niet bij. We kunnen alleen maar hopen op een goede jachtpartij en kort bij de haven is het zo ver. Het water schuimt, dit zijn overduidelijk mooie jacks in een feeding frenzy! André en ik gooien tegelijk in de school terwijl Georges rustig een sjekkie rookt. Vrijwel direct wordt de waxwing van André gegrepen. De vis schiet vrij snel los, maar een soortgenoot maakt van de gelegenheid gebruik en giert er vervolgens vandoor. Mijn pilker kijken ze niet aan en ik draai zo hard als ik kan om in ieder geval nog één worp in de kolkende watermassa te kunnen maken…

En dat lukt! Ik begin te draaien en gelijk volgt er een woeste klap, vlak achter mijn pilker. Ik versnel en baf, weer wordt de pilker gemist, direct nogmaals door een andere vis! Kom op! Schreeuw ik en ik laat de pilker stilvallen. ZZZZZZzzzzzzzzzzzzzzzzz, krakend carbon en een krijsende Saragosa; Double hook up!

De dril die volgt is episch. Meermaals zwemmen de jacks op volle sterkte langs elkaar en André en ik dansen de ‘jack salsa’ op het voordek. Na een kleine tien minuten kan André zijn vis landen, terwijl de mijne rustig nog eens een twintig tal meters van de spoel trekt.

Een mooie pacific jack crevelle voor André

Een mooie pacific jack crevalle voor André

Zelfs als de vis van André al weer verder zwemt beukt mijn vis nog door in de diepte. Met geen mogelijkheid krijg ik haar uit balans. Gewoon debiel! Uiteindelijk blijkt de vis één centimeter kleiner dan die van André, maar wel goed voor een klein kwartier sport. Wat een sportvissen, wat een geweld!

De mijne blijft maar stampen

De mijne blijft maar stampen

Goed voor een klein kwartier sport

Goed voor een klein kwartier sport

Als ook mijn vis weer wegzwemt vind Jezus het mooi geweest en varen we terug naar de haven. Het was weer een moeilijke dag maar, met deze mooie afsluiter voelt het toch als een klein succes. Morgen doen we hetzelfde rondje, wie weet!

Hasta luego,
Volkmar Strikkers

Gerelateerde artikelen:

Dit vind je misschien ook leuk...

2 reacties

  1. Volkmar schreef:

    Joris,

    Bedankt voor de complimenten! Ik ken “jou geval” niet natuurlijk, maar zeg altijd maar zo: Niets is onhaalbaar, het een vergt wat meer tijd/moeite dan het ander. Een tropenreis hoeft niet eens zo gek duur te zijn, zeker niet als je op eigen houtje erop uit trekt.

    Voor mij bestaat er in ieder geval geen mooiere visserij dan die in tropisch blauw water. Korte broek, tropenbloesje en je bij elke vis weer verbazen over de kracht. Nederland is een prachtig visland, maar als ik mocht kiezen, dan wist ik het wel!

    Groet,
    Volkmar

  2. Joris schreef:

    Wauw Volkmar, wat een schitterende reeks (tot nu toe). Heerlijk om te lezen. Geweldig beschreven en mooie foto’s. Deze vorm van visserij heeft mij nooit getrokken…. tot nu . Je wordt bedankt, best onhaalbaar namelijk in mijn geval ;-)

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *